Wanneer schakelt u de ergotherapeut in?

Een ergotherapeut kan worden ingeschakeld wanneer iemand problemen heeft met het uitvoeren van dagelijkse activiteiten thuis, op het werk of op school. Een ergotherapeut is deskundig in het analyseren van de problemen en het vinden van en werken aan oplossingen samen met de hulpvrager en zijn omgeving.

Wat is het doel?

Het doel van ergotherapie is de hulpvrager in staat te stellen om dagelijkse activiteiten zo goed en zelfstandig mogelijk uit te kunnen voeren op een manier waar diegene tevreden over is en de activiteit met plezier kan uitvoeren.

Aan welke problemen kunt u denken?

ADL ( Activiteiten van het Dagelijks Leven)
• Moeite met in en uit bed stappen en/of het draaien in bed.
• Moeite met aan- en uitkleden.
• Problemen met douchen, wassen, haren kammen, tandenpoetsen etc.
• Niet goed kunnen traplopen.
• Niet goed kunnen zitten.
• Moeite hebben met koken en andere keukenactiviteiten.
• Moeite hebben met schoonmaken.
• Moeite hebben met het organiseren en uitvoeren van het doen van de boodschappen.
• Moeite hebben met het vasthouden en het naar de mond brengen van bestek.

WERK
• Het hebben van rugklachten tijdens de uitvoer van werk.
• Pijn hebben in de nek, schouders, polsen en handen bij bijvoorbeeld schrijf- en computerwerkzaamheden.

HOBBY'S
• Moeite hebben met het maken van kaartjes, handwerken.
• Niet meer kunnen deelnemen aan sociale activiteiten zoals bijvoorbeeld een spelletje kaarten.
• Moeite hebben met het bedienen van de muis en het toetsenbord van de computer.

SOCIALE CONTACTEN - MOBILITEIT
• Niet meer naar vrienden kunnen gaan omdat het vervoer/de mobiliteit een probleem is.
• Niet meer kunnen en durven fietsen.

Aan welke diagnoses kan u denken?

• Reumatologische aandoeningen zoals bijvoorbeeld artrose, reumatoïde artritis, fibromyalgie, Quervain en peesontstekingen.
• Niet Aangeboren Hersenletsel zoals bijvoorbeeld een CVA (beroerte) of dementie.
• RSI-klachten.
• Chronische aandoeningen zoals bijvoorbeeld de ziekte van Parkinson, Multiple Sclerose en rugklachten.
• Chronische pijn en vermoeidheid zoals bijvoorbeeld fybromyalgie, onverklaarbare pijn en ME.
• Handproblematiek zoals bijvoorbeeld dupuytren en letsels na een fractuur.